Hoera! Het Muizenhuis bestaat tien jaar
Nederlandse kunstenaar/auteur Karina Schaapman verovert de wereld in 10 jaar tijd
In 2011 meldde Karina Schaapman zich bij Uitgeverij Rubinstein met foto’s van haar Muizenhuis, een enorm kunstwerk van drie meter hoog en twee meter breed, gemaakt van sinaasappeldozen en papier-maché. Vier jaar lang had ze minutieus aan de manshoge structuren gebouwd. Meer dan honderd kamertjes vol spulletjes met verschillende interieurs. Vooral gemaakt van afval. Als bewoners voor haar huis had ze muisjes gehaakt. En nu wilde ze er ‘iets mee’. Een paar maanden later was daar het eerste Muizenhuisboek, een kinderboek geïllustreerd met foto’s van het door Schaapman gemaakte, uiterst gedetailleerde decor. Met in de hoofdrol de muizenbewoners Sam & Julia (BFF’s), hun familie en hun vrienden van zeer verschillende komaf.
De boekhandel kocht aanvankelijk zeer voorzichtig in. Toch durfde de uitgeverij het aan om te beginnen met 5.000 exemplaren. Dit was namelijk niet zomaar een prentenboek. De wereld van het Muizenhuis was een veilige, knusse, kleurrijke wereld om in te verdwijnen, om in weg te dromen, om je in onder te dompelen. De rest is geschiedenis.
Het eerste boek werd een enorme hit, meteen internationaal opgepakt door de topuitgevers en is nooit meer uit druk geweest. Inmiddels zijn er van de 17 verschenen titels zo’n 800.000 boeken verkocht in 33 landen. Het eerste boek won internationale prijzen, evenals de app die op het boek is gebaseerd. Er is een YouTube-kanaal met video’s hoe je je eigen Muizenhuis kunt bouwen en een animatieserie is in productie. In 2021 vieren wij het tienjarig bestaan van Het Muizenhuis.
Hoe het begon
Als kind had Karina één kinderboekje thuis – door haar moeder gevonden bij het vuilnis: Het Muizenboek van Clinge Doorenbos. De illustraties van Nans van Leeuwen in dat boekje spraken tot de verbeelding. Het was er gezellig en knus en avonturen liepen altijd goed af.
In 2008 besloot Karina zelf een kinderboek te maken, maar ze wist nog niet of ze het wilde tekenen of schilderen. Wat ze wel wist was dat het een wereld moest worden die je ieder kind gunt. Een wereld waarin een kind niet wordt uitgesloten, veilig en zorgzaam.
“Ik zocht het boekje van Clinge Doorenbos weer op, bekeek de tekeningen en bedacht me dat ik misschien wel een echt muizenhuis kon bouwen. Het begon allemaal met het naaien van een patchwork-dekentje van vijf bij acht centimeter. Dat dekentje kende ik uit het boekje van Doorenbos. Na het dekentje maakte ik een bedje, dat weer vroeg om een kamertje. Toevalligerwijs stond er een kartonnen sinaasappeldoos in mijn kamer. Ik zette hem op zijn kant, hij leek mij groot genoeg voor een keuken, woon-, slaap- en badkamer.”
Het bouwproces
“Aangezien het een muizenhuis moest worden, wilde ik geen rechttoe rechtaan huis bouwen; het mocht schots en scheef zijn en ik wilde dat het een chique en tegelijk shabby uitstraling zou krijgen. Bovenal moest het een huis worden dat de fantasie zou prikkelen. Ik wilde dat er deuren zouden zijn, en stegen en spelonken die toegang geven tot steeds weer nieuwe vertrekken. Toen ik merkte dat het lukte om mijn ideeën daadwerkelijk om te zetten in een echt muizenhuis, begon ik kartonnen sinaasappeldozen te verzamelen. Ik sneed ze overdwars door, plakte ze met houtlijm vast en stapelde omhoog en dan weer opzij. Soms helde het bouwwerk teveel naar de ene kant en dreigde het om te vallen. Ik verschoof de dozen dan naar de ander kant om het huis weer in evenwicht te krijgen. Zo ontstond heel organisch de grillige vorm van het Muizenhuis. Ik smeerde het huis af met papier-maché om het geheel te verstevigen.”
De verhalen
“Tijdens het bouwen en inrichten van de kamers – een reuzenklus! – werd ik gedwongen om na te denken over de verhalen die ik voor kinderen wilde schrijven. Iedere kamer moest een eigen verhaal herbergen. Er is dan ook niet één kamer in het huis die er zomaar, zonder reden, is. Er bestaat altijd een verband tussen de ene kamer en de andere en de familielijnen en geschiedenissen lopen dwars door de kamers. Door de veelheid aan verhalen en kamers, ontstond er eigenlijk meer een samenleving dan ‘alleen maar’ een muizenhuis.
Behalve uit mijn eigen kindertijd, heb ik veel inspiratie gehaald uit de periode waarin ik mijn vier (inmiddels volwassen) kinderen grootbracht. Door hun ontwikkeling zag ik wat belangrijk is voor kinderen: hutten bouwen, geheimen delen, liefde krijgen en verzorgd worden. Maar ook: de wereld van je buren leren kennen. Leren dat als je er anders uitziet of andere gebruiken en rituelen bij de buren meemaakt, dat dat niet bedreigend hoeft te zijn, maar dat je er wat van leert; dat het je verrijkt.
Omdat ervaringen uit je kindertijd bepalend kunnen zijn voor de keuzes die je maakt in het leven, introduceerde ik ‘de voddenboer’. Mijn man, Eli Content, is beeldend kunstenaar en als negenjarig kind logeerde hij bij een oom die voddenboer was. Precies die plek heb ik nagebouwd. Op de stapel papier waar Eli graag zat, is zijn liefde voor literatuur en kunst begonnen. Hij vond daar oude boeken en las. Dat bracht hem met nieuwe werelden in aanraking, in zijn geval de kunst en literatuur.”
Het boek zit ook vol autobiografische – veelal verdrietige – elementen uit Schaapmans eigen jeugd. Ze kreeg te maken kreeg met discriminatie (haar moeder kwam uit Nederlands-Indië), haar moeder kwam jong te overlijden, waarna ze naar haar vader moest, die ze niet kende en die haar mishandelde. Maar Karina Schaapman laat die ellende in het Muizenhuis niet of nauwelijks zien. Altijd liever de keerzijde. In het Muizenhuis is iedereen welkom en het is er altijd gezellig. Alleen impliciet schemert de ellende en armoede van vroeger door de beelden en verhalen heen. Zo is het keukenraampje van Julia’s moeder dichtgetimmerd (het raam was ooit door scheldende racistische jongens met ijsballen kapot gemaakt). Moeder kookt in een wadjang en aan het wasrek hangen batikstoffen.
Materialen
“Ik vind het belangrijk dat kinderen de oorsprong van dingen herkennen. Daarom heb ik materialen gebruikt waarvan je de herkomst kunt ontdekken. Allerlei afvalmateriaal werden bruikbare attributen. Doppen werden lampjes, fietslampjes werden flesjes, van papier maakte ik emaillen kannetjes en emmertjes, ijscostokjes werden vloeren. Authentieke stoffen uit de jaren vijftig, zestig en zeventig gebruikte ik om een tijdsbeeld waarheidsgetrouw weer te geven. En aan de muren wilde ik echte kunst, dus vroeg ik bevriende kunstenaars om beelden en schilderijtjes te leveren.”
Werk en ambachten
“Behalve dat er gewoond werd, moest er ook gewerkt worden. Daarom kwamen er een klompenmaker en een rietvlechter, een wolwerkplaats en een weverij, een opwerkingsfabriek, een bierbottelarij, een bakker, een timmerwerkplaats, een atelier, een tassenwinkel met leerwerkplaats… ga zo maar door. Aan de buitenkant van het huis zijn oude muurverfreclames te vinden, maar ook een steiger waar je kunt zien dat er een muurvlakte te huur is, en waar en hoe een muurreclame wordt gemaakt. Vooral de wetenschapper mocht niet ontbreken. Eindeloos heb ik uilenballen uitgeplozen om de skeletjes van echte muizen een plek te bieden in de studiekamer van de wetenschapper en het bijbehorende Natuur Historisch Museum. Het bouwwerk groeide gestaag. Er kwam behalve een voorkant ook een achterkant en twee zijkanten. Toen het huis drie meter hoog was, was het plafond (letterlijk) bereikt. En toen ik ook in de breedte niet verder kon bouwen was Het Muizenhuis als decor voor het kinderboek klaar.”
Sam en Julia
“In de fase die volgde was het tijd om de karakters gestalte te geven. Ik wilde dat er een hoofdrol was weggelegd voor een meisjesmuis (in mensenleeftijd: een jaar of acht). Ze moest nieuwsgierig zijn en eigenwijs, een meisje dat de wereld instapt en ziet dat het er bij de buren heel anders aan toe gaat dan bij haar thuis.
Omdat het belangrijk is een vriend te hebben met wie je geheimen kunt delen en avonturen kunt beleven, werd Sam in het leven geroepen. Sam is verlegen en braaf. Samen vullen ze elkaar aan. Volgens mij heeft iedereen een Sam en een Julia in zich. Om het onderscheid tussen de karakters te benadrukken, heb ik Sam gemaakt uit de binnenkant van de stof van Julia. Julia is een snel type en ze is slank; daarom is haar vacht ook gladder. Sam is zacht van aard en daarom is zijn vacht zachter en is zijn lijfje boller.”
Julia is duidelijk gemodelleerd naar haar schepper. „Ik hoopte dat iedereen van Julia ging houden”, schatert Schaapman. Nog een overeenkomst: „Er overkomt Julia altijd wat, maar ze overwint ook altijd wat.”
Je kunt Het Muizenhuis bezoeken in: de Openbare Bibliotheek Amsterdam, Oosterdokskade 143, 1011 DL Amsterdam.